zondag 16 november 2014

Eindopdracht: Uitgewerkt Lesplan

Opdracht: maak een eigen les BV voor de midden- of bovenbouw. Gebruik het lesvoorbereidingsformulier BV en zorg voor connectie met je thema.

Uitwerking:


Lesvoorbereidingsformulier eindopdracht



Beeldcultuur bij de les:

 Filmpje Evolutie

Souvenirs de Soleils - Corine Perier (2011)

vrijdag 3 oktober 2014

College 8: Beeldend vermogen

Opdracht 8:

Uitgevoerd met: Roxanne Mooijekind

Maak de volgende opdracht aan de hand van drie kindertekeningen uit de onderbouw, middenbouw en bovenbouw:
1. Beschrijf wat je ziet op de tekening.
2. Benoem tot welke fase van Löwenfeld de tekening behoort.
3. Benoem de twee categoriën die het best naar voren komen in de tekening.

Uitwerking:

Het thema dat wij de kinderen hebben meegegeven is het tekenen van een uitje met de familie in de dierentuin.

Tekening onderbouw - groep 1

Kindertekening groep 1

Beschrijving: Op deze tekening zie ik een bloementuin. In een gras- en modderveld staan hoge bloemen van verschillende kleuren. De bloemen aan de rechterkant zijn zonnebloemen. Op de voorgrond staat een hek dat het publiek ervan weerhoudt het grasveld op te gaan. In de achtergrond, tussen de bloemen, hangt een beveiligingscamera. Deze houdt mensen ook tegen om de bloementuin in te gaan.

Tekenfase: De tekening is van een pre-schematisch niveau. De vormen zijn opgebouwd uit delen, zoals het hek en de bloemen. Er worden haakse hoeken gebruikt bij de camera. Ook is er sprake van veel herhaling in zowel het hek als de bloemen. Het symbool van de bloem wordt duidelijk weergegeven.

Categoriën:
In deze tekening staan de categoriën kleur en compositie centraal.
Binnen de categorie kleur is veel gebruik gemaakt van objectkleur. De kleuren die horen bij de objecten verduidelijken het object. Zo is het gras groen gemaakt, het hek bruin en de zonnebloemen geel.
Binnen de categorie compositie is een eerste ordening te zien van objecten. Door het hek onderaan het blad te tekenen lijkt het vooraan te staan. Vervolgens zijn het gras en de bloemen dieper in de tekening geplaatst. Het kind heeft dus nagedacht over de plaatsing van de objecten.


Tekening middenbouw - groep 5

Kindertekening groep 5

Beschrijving: het kind heeft ervoor gekozen om een plattegrond van de dierentuin te tekenen. In de legenda worden groepen mensen en individuele mensen onderscheiden door verschillende tekens. Bij de individuele mensen is te zien welke kant zij opkijken, doordat de armen die kant op staan. In de hokken zie ik een beer, giraffes, apen, pinguïns en vogels. Niet alle hokken worden even druk bezocht. Zo is het erg druk bij de beer, maar staat er bijna niemand bij de vogels.

Tekenfase: deze tekening behoort binnen de schematische fase en het begin van het realisme. De tekening is een plattegrond en heeft een duidelijke ruimtelijke ordening. De opbouw is erg helder en bovendien verhelderd met de legenda. Het is direct duidelijk dat het hier om een dierentuin met hokken gaat. Het kind heeft gebruik gemaakt van geometrische vormen, met name vierkanten en rechthoeken voor de hokken. Deze zijn gemaakt met de liniaal. Er is sprake van overlapping, bijvoorbeeld bij de vogel centraal onderin de tekening. Voor sommige dieren is sprake vn rijke details, zoals de giraffe of de beer. Uit het schematisch stadium is nog wel de omklapping duidelijk zichtbaar. Hoewel het hier een bovenaanzicht betreft, zijn alle dieren en mensen vanaf zijaanzicht te zien.

Categoriën: in deze tekening staan de categoriën vorm en compositie voorop.
Met betrekking tot de vorm zijn veel kopbuikpoters te zien. Niet alle dieren bevatten veel details, maar zij hebben bijna allemaal dezelfde opbouw. Door details als stippen, klauwen of vleugels zijn de verschillende dieren te onderscheiden.
Binnen de compositie staat voorop dat het hier gaat om een plattegrond. Het was niet de opdracht om een plattegrond te tekenen en van alle gemaakte tekeningen was dit de enige plattegrond. Dit is dus een eigen bewuste keuze van het kind geweest.


Tekening bovenbouw - groep 6

Kindertekening groep 6

Beschrijving: het betreft een zeer gedetailleerde tekening waar veel humor in is verwerkt. Ik zie op de voorgrond een dierenverzorger die zijn hark heeft neergelegd en wegrent voor een neushoorn. De verzorger maakt een angstige indruk (gezichtsuitdrukking en het vliegende petje) en de neushoorn kijkt boos. De dynamiek in de tekening komt hier goed naar voren. Op de achtergrond staat een toerist het spektakel te filmen met zijn mobiele telefoon. Deze persoon kijkt verbaasd. Hij wordt in de tussentijd bestolen van zijn portemonnee door een aap. Op zijn shirt is een mooi patroon te zien. Verder op de achtergrond staat een aap op een rots een banaan te eten. Ook is er een waterval. Aan de linkerkant staat het insectenhuis en een wegwijzer. De figuren in de tekening zijn met contouren getekend.

Tekenfase: deze tekening valt binnen het laatste stadium dat Löwenfeld heeft onderscheiden, het begin van realisme en pseudo-realistisch stadium. Dit blijkt uit het feit dat de leerling haar eigen interesse heeft gebruikt voor deze tekening, door bijvoorbeeld een verzorger en een toerist te tekenen. Al het getekende is zeer realistisch en er is goed een verhaal te vertellen bij deze tekening. Dit komt ook door de humor en dynamiek in de tekening. De ruimte wordt door de verschillende lagen in de tekening goed gesuggereerd. Daarnaast is er ook een duidelijk effect van overdrijving in de gebeurtenissen in de tekening. Als laatste is in het insectenhuis te zien dat er aandacht is geweest voor constructie. Het gebouw is niet van gladde muren gemaakt, maar bestaat uit goed te onderscheiden bakstenen. Ook in het hek is dit te zien, waar de ijzeren stangen worden afgewisseld door bruine planken.

Categoriën: In deze tekening staan ruimte en compositie centraal.
Met betrekking tot de ruimte heeft het kind gebruik gemaakt van afsnijding. Dit is goed te zien bij de aap die de banaan eet. Het gezicht van de aap is half te zien. Dit is een complexe vaardigheid en vaak wordt er juist voor gekozen om dan maar geen hoofd te tekenen of het hele hoofd nog in de tekening te proppen. Het kind heeft duidelijk gemerkt dat het papier ophield en heeft daar ook de tekening laten ophouden.
Bij de compositie valt op dat gebruik is gemaak van meerdere grondlijnen. Er is een duidelijke voorgrond en achtergrond en het hek scheidt die twee lagen.





College 7: Beeldend probleem

Opdracht 7A:
1. Maak van klei een stuk fruit (keramiek).
2. Laat naar aanleiding van jouw thema uit college 6 ('In het wild') iets uit het stuk fruit komen.
3. Je kunt de klei bijvoorbeeld door midden hakken of er een gat in maken.
4. Maak foto's van twee aanzichten van het kunstwerk.

Uitwerking:
Als stuk fruit heb ik gekozen voor de peer. Dit is een relatief ovaal stuk fruit, wat goed past bij datgene wat ik er uit laat komen. Ons thema 'In het wild' leek mij namelijk het best uit te werken met een wild dier of een wild landschap. Ik heb gekozen voor de giraffe, een dier dat wild rondloopt op de savanne in Afrika. De lengte van de peer, alsmede de lange nek van de giraffe, versterken elkaar.

Titel: Langnek

Foto's:
Schuin zijaanzicht rechts

Zijaanzicht links
Opdracht 7B:
Omschrijf het beeldend probleem (beeldend doel) van het kunstwerk van opdracht 7A.


Uitwerking:
Het beeldend probleem bestond eruit dat we ten eerste zelf een stuk fruit moesten kiezen om te kleien. Daarnaast kregen wij de vrijheid om zelf te bepalen wat er uit het fruit moest komen. Wij werden hierbij echter gekaderd door het thema wat wij in de voorgaande les hadden gekozen. Een laatste beeldend probleem bestond eruit op welke manier wij het gekozen voorwerp uit het stuk fruit zouden laten komen. Hierin waren wij helemaal vrij. We konden er zelfs voor kiezen om het fruit helemaal niet open te maken en het voorwerp erbovenop te maken. Op deze manier bestond het beeldend probleem/doel uit het maken van drie keuzes, die ieder in zekere zin wel gekaderd werden aangeboden.

College 6: ontwikkelingsfasen

Opdracht 6A:
Kies een thema, waarbij een mindmap te maken is. Plaats deze mindmap op jouw blog.


Uitwerking:
Uit een aantal zelf verzonnen opties hebben wij het thema 'In het Wild' gekozen. Wij vonden dat dit origineel was en tevens niet te breed of juist te smal.

Mindmap:

Mindmap In het wild


 



Opdracht 6B:
Zoek bij jouw gekozen thema een afbeelding op internet. Geef hierbij de gegevens van het kunstwerk.


Uitwerking: 
Kunstwerk: Tiger
Kunstenaar: Franz Marc
Jaar: 1912
Techniek: Olie op canvas

Schilderij:
Tiger - Franz Marc

Opdracht 6C:
1. Bedenk vragen die je zou kunnen stellen aan leerlingen in het basisonderwijs naar aanleiding van jouw kunstwerk.
2. Benoem ook de verwachte antwoorden.
3. Benoem tevens tot welke categorie de vragen horen.

Uitwerking:
Startvraag: "Heb je zelf wel eens wilde dieren gezien?"
Antwoorden: "Ja, in Afrika!", "Ja, in de dierentuin!", "Nee, nog nooit."

Startvraag: "Ken je dieren die bij de tijger horen?"
Antwoorden: "Leeuwen, olifanten, buffels, etc." (Afrika), "Leeuwen, luipaarden, poezen, etc." (katachtigen), "Nee, die ken ik niet."

Onderzoeksvraag: "Welke kleuren zie je?"
Antwoorden: Geel, paars, groen, oranje, wit, zwart.

Onderzoeksvraag: "Wat doet de tijger?"
Antwoorden: "Hij kijkt om.", "Hij gaat slapen.", "Hij wordt net wakker.", "Hij ziet een ander dier."

Analysevraag: "Waarom heeft de kunstenaar gekozen om in blokjes te schilderen?"
Antwoorden: "Dan valt de tijger meer op.", "Dat is makkelijker."

Analysevraag: "Wat stellen alle blokjes om de tijger heen voor?"
Antwoorden: Bomen, struiken, lucht, rots, botten, etc.

Speculatieve vraag: "Wat gaat de tijger hierna doen?"
Antwoorden: "Slapen, want het is nacht.", "Jagen, want hij ziet al een dier."

Speculatieve vraag: "Wat zou je van het schilderij vinden als je de omgeving beter zou kunnen herkennen?"
Antwoorden: "Mooier, want dan weet je waar de tijger is.", Niet mooi, want nu is het juist spannend.", "Nu is het speciaal en anders niet."

College 5: Beeldaspecten

Opdracht 5A:
1. Maak van het gekozen modernistische beeld een postmoderne variant en laat je door iemand anders op jouw aanwijzingen fotograferen.

2. Schrijf een toelichting waarom dit postmodern is.

Uitwerking:

Originele schilderij:
Prayer before the meal - Vincent van Gogh (1882)

Postmoderne variant:

Toelichting: Ik heb een schilderij gekozen, wat sprekend is voor de tijd waarin het gemaakt is. De kerk en het geloof stonden voor veel mensen centraal in hun leven. Op de foto wordt duidelijk dat het dankwoord richting God niet meer algemeen gebruik is. Het contact met God heeft plaats gemaakt voor het sociale contact via social media, in dit geval de mobiele telefoon. Men kan dan ook de mobiele telefoon haast niet meer naast zich neer leggen, ook niet tijdens een maaltijd. De foto is tekenend voor hoe wij onze maaltijden tegenwoordig nuttigen.


Opdracht 5B:
1. Kies een foto van internet.
2. Bedenk er een draai aan.
3. Gebruik een beeldaspect om te versterken.
4. Schrijf een toelichting over het toegepaste beeldaspect.

Uitwerking:
Originele foto
Aangepaste foto





















Aangepaste beeldaspecten: Bij mijn aanpassing heb ik geprobeerd te spelen met vorm, kleur, alsook de betekenis van Coca Cola. Met betrekking tot vorm heb ik de sierlijke letters statisch gemaakt, terwijl ik het statische blikje sierlijk heb weergegeven. De zeer bekende kleuren rood en wit die horen bij Coca Cola, heb ik nu veranderd in fel geel en zwart (beeldaspect kleur). De keuze voor deze kleuren hangt nauw samen met de betekenis van Coca Cola. Het drankje is namelijk niet zo mooi als het lijkt (geel-zwart t.o.v. rood-wit). Het felle geel staat voor de vergiftigende invloed van het drankje op het lichaam. Zwart is de kleur van de dood, de kleur van het drankje zelf. De weg gerotte tanden versterken dit effect. Door te spelen met kleur en vorm heb ik geprobeerd om de effecten van Coca Cola op het individu weer te geven. Mensen kennen de gevolgen en toch blijft men het in grote hoeveelheden drinken.

De afbeelding is voorgesteld als pop art, waarbij objecten uit hun bekende context worden gehaald en er gebruik wordt gemaakt van vaste omlijning en aangepaste kleuren. Tradities worden uitgedaagd en aan de kant gezet, om mensen op een andere wijze naar kunst te laten kijken. Dit versterkt ook mijn boodschap.

College 4: Beeldcultuur

Opdracht 4A:
Kies uit de klassieke periode een kunstwerk naar eigen keuze en schrijf er een beeldbeschouwing bij volgens het format.

Uitwerking:
Wij hebben gekozen voor de Discuswerper (Discobolus) van Myron van Eleutherae.


Format Beeldbeschouwen


Opdracht 4B:
1. Kies uit de modernistische periode een kunstwerk waar een persoon op staat afgebeeld.
2. Geef aan welk beeldaspect het belangrijkste is.
3. Vul het Format Beeldaspect in.


Uitwerking:


Format Beeldaspect